Maak een getaldoos:
o Dit heb je nodig: een lege schoenendoos, een vel wit of gekleurd papier.
o Laat het kind een getal kiezen waarmee hij of zij een getallen doos wil maken. Voor jonge kleuters is een getal tot 5 prima, voor oudere kleuters of goede tellers kun je een hoger getal nemen.
o Plak een mooi vel papier op de schoenendoos en teken hier het aantal stippen op van het getal met daarnaast het cijfer. Nu ga je met je kind op zoek naar kleine spulletjes om in de getaldoos te stoppen. Dat moeten er steeds net zo veel zijn als het getal.
Oefenen met tellen:
o Door vragen te stellen bij het tellen, maak je je kleuter ongemerkt bewust van de betekenis van getallen.
o Samen tellen, bijvoorbeeld hoeveel bomen of lantaarnpalen staan er op de route?
o Dek samen de tafel. Hoeveel borden zijn er nodig en hoeveel messen en vorken?
o Vriendjes op bezoek? Laat de kinderen samen snoepjes, paaseitjes, of koekjes verdelen. Of verdeel ze zelf en maak daarbij opzettelijk foutjes.
o Neem de lift en laat je kind op de knopjes drukken. Welk cijfer hoort er bij de ‘zesde verdieping’?
o Tel hoe vaak je samen een bal kunt overgooien voordat iemand de bal laat vallen.
o Zing telliedjes als ‘Er zaten zeven kikkertjes’ en ‘Hoedje van papier’.
o Laat je kind proberen hoe ver hij komt met tellen. Ga zelf verder waar je kind het niet meer weet en stimuleer je kind om mee te tellen.
o Speel bordspelletjes met een dobbelsteen.
o Zoek 5 dingen:
§ Met een bepaalde kleur…
§ Die je kunt eten…
§ Die beginnen met de letter…
§ Etcetera
